Over ons

Marion en Jan

Jan en Marion, jullie wonen sinds 2014 hier in de Dordognevallei. Laat me van start gaan met de vraag die allicht iedereen stelt: nog geen spijt van?

Jan: Neen (lacht). We leven hier een mooi leven. Ik ben hier helemaal tot rust gekomen en dat kon ik best gebruiken. Ik ben fysiek veel aktiever nu, en dat komt mijn gezondheid alleen maar ten goede. Neen, nu terug naar het hectische België, daar pas ik voor.

Marion: Spijt, neen, ik ook niet. Al mis ik mijn vroegere collega’s wel eens, en de bibliotheek van Gent, want daar kan de bibliotheek van Souillac écht niet aan tippen.

Jullie wonen nu in de Dordognevallei, in een toeristisch bijzonder rijke streek. Waren jullie hier zelf al op vakantie geweest en heeft dat jullie keuze bepaald?

Marion: Neen, helemaal niet. We hadden nog nooit van de Lot gehoord, laat staan van Rocamadour of Sarlat! Het toeval heeft ons hier gebracht, maar we hadden het zelf niet beter kunnen kiezen. Er is hier zoveel te zien en te doen, dat wij zelf nog niet eens overal geraakt zijn. Kastelen, schitterende dorpjes, grotten,…

Jan: En alles draait hier om eten en drinken!

Marion:… er zijn attractieparken, dierenparken, een paar heel mooie tuinen én, voor mij toch wel belangrijk: het is een hele groene streek. Oké, dat betekent wel dat het hier ook flink kan regenen, maar liever dat dan een hele zomer op een dor landschap zitten kijken.

Jan: Als het in de zomer al eens regent zijn we blij, en in tegenstelling tot België blijven de temperaturen hier dan altijd nog heel aangenaam.

Als ik hier om me heen kijk, zie ik inderdaad alleen maar de groene vallei en de paar huizen van dit kleine gehucht. Wonen jullie hier niet erg eenzaam en ver van alles?

Jan: Helemaal niet. Souillac centrum ligt op amper 4 km van hier en Souillac is een stad (lacht). Toegegeven, het telt amper 3500 inwoners, maar als stad heeft het wel alles wat we nodig hebben: grootwarenhuizen, bakkers, slagers, apothekers, banken, dokters, tandartsen, noem maar op.

Marion: En ons gehuchtje telt momenteel 9 bewoners én een koppel dat met veel ijver het kasteel van La Forge renoveert. Geregeld aperitieven we samen, en we kunnen altijd op mekaar rekenen. Voor het echte buurtfeest kijken we verder dan alleen ons gehucht en zijn we zeker met een man of 40. Iedereen brengt dan iets te eten of te drinken mee en het is altijd een feest.

Jan en Marion
Jan en Marion in actie

Jan: Gelukkig vinden die feestjes na ons zomerseizoen plaats. En tijdens het seizoen zijn we al helemaal niet eenzaam, want dan zit het huis hier uiteraard vol gasten. Voornamelijk Belgen, Fransen en Nederlanders, maar we hebben hier al zoveel nationaliteiten gehad!

Welk soort gasten voelen zich bij jullie echt thuis? En omgekeerd, wie krijgen jullie het liefs over de vloer?

Jan: Omdat we zowel kamers als gîtes hebben is dat nogal uiteenlopend. En ook het publiek in en buiten het seizoen verschilt enorm. En toch is er sprake van een grootste gemene deler: onze gasten zoeken een rustige vakantieomgeving maar willen niet ergens alleen op een berg gaan zitten. Ze willen contact en interactie met ons en met de andere gasten. Soms om echt samen aan tafel aan te schuiven als we koken, soms ook uit meer praktische overwegingen: omdat wij onze taal- en landgenoten met onze kennis van de streek goede tips kunnen geven, of met onze kennis van het Frans op weg kunnen helpen om bijvoorbeeld een restaurantje te reserveren.

Marion: In het voor- en najaar krijgen we vooral of jonggepensioneerden of jonge koppels met baby’s over de vloer. Het toeristische seizoen start hier al rond Pasen en eindigt rond 11 november, maar buiten het hoogseizoen is het nergens over de koppen lopen, én het is zelden té warm. Bovendien, ook

interessant, liggen de prijzen dan lager. In juli en augustus zien we zoals overal meer gezinnen met kinderen, al blijven ook koppels massaal hun weg vinden naar onze dubbele kamers en tweepersoonsgîtes.

Jan: Zeker in onze grote gîtes hebben gezinnen met kinderen het perfect naar hun zin. Het zwembad paalt vlak aan hun terras. Dus de ouders houden de kinderen in de gaten terwijl ze gezellig aan tafel zitten. Of vader en moeder liggen lekker te zonnen aan het zwembad, met de babyfoon in aanslag terwijl de kleine zijn middagdutje doet.

Zelfs met al die kinderen in huis blijven jullie spreken van een rustige vakantieplek?

Jan: Jazeker, en wij kijken daar zelfs streng op toe (lacht). Om te beginnen hebben we dus maar drie grote gîtes en één familiekamer, dus zoveel kinderen zijn het nu ook weer niet. En uiteraard kunnen die naar hartelust in en om het zwembad spelen. Maar in huis en ‘s morgens en ‘s avonds ben ik de eerste om hen tot stilte te manen, en hen erop te wijzen dat er ook nog andere gasten zijn.

Marion: Met al die uitbundigheid rond het zwembad heeft niemand een probleem. Dat draagt zelfs bij tot de vakantiesfeer. Hoe dikwijls valt het niet voor dat de kinderen hier, ook al spreken ze een andere taal, compleet verbroederen en een hele vakantie lang samen optrekken. Echt hartverwarmend.

Jan aan de barbecue
vrienden op bezoek bij Jan en Marion

Komen de mensen hier dan ook echt altijd op vakantie, of zijn er ook die maar een nachtje blijven, op doorreis naar hun uiteindelijke bestemming?

Jan: De meeste gasten komen hier echt op vakantie. De streek leent er zich ook toe, dus waarom zou je niet? Daar komt nog bij dat we de gîtes in de zomermaanden enkel per week verhuren. Het is vooral buiten het hoogseizoen dat we al wel eens ‘eennachters’ over de vloer krijgen. Dat vonden we vroeger jammer, omdat je met gasten die zo kort blijven helemaal geen band kunt opbouwen. Dachten we. Maar nu blijken steeds meer van die gasten terug te komen op weg naar of van hun vakantiebestemming. En dat geeft toch telkens weer een extra dimensie aan hun komst!

Vragen die gasten dan ook telkens naar dezelfde kamer, of zijn ze daar flexibel in?

Marion: Daar zijn ze gelukkig flexibel in. Maar ook het feit dat onze kamers allemaal dezelfde sfeer uitstralen kan daarmee te maken hebben. We hebben vanaf de eerste winter hard gewerkt om alles te renoveren en daarbij hebben we ernstig nagedacht over de inrichting. We wilden stijlvolle maar pretentieloze ruimtes, waar we onszelf helemaal in konden terugvinden. Waar we, zeg maar, zelf in zouden willen wonen. Dat resulteerde in een zoektocht naar mooie donkerhouten meubelen in contrast met strakke, friswitte muren, het restaureren van de authentieke vloeren en het aanbrengen van een speelse toets die, blijkt uit de reacties, bijzonder gewaardeerd wordt.

Een speelse toets, wat moeten we ons daarbij voorstellen?

Marion: Elke kamer of gîte heeft wel een accentmuur met bijzonder behang of een deur met een vrolijke sticker. Maar de grootste verrassing volgt ‘s avonds, als de lichten doven. Wie dan nog even zijn ogen open houdt…

Jan: Kom zeg, niks verklappen, zo is de verrassing eraf. Laat de mensen maar komen kijken!

En hoe staat het nu met de verbouwingen, zijn die helemaal rond?

Jan: Gelukkig wel ja. Na de kamers en gîtes hebben we ook alle terrassen grondig vernieuwd. We bouwden een toffe pergola, en nog een extra terrasje hoger op de heuvel, met uitzicht over de vallei. Als laatste kreeg de tuin een beurt, al houden we dat beperkt tot de onmiddellijke omgeving rond het huis en de gîtes.

Marion: We wonen hier in zo’n landelijke omgeving, dat het zonde zou zijn om daar met het inrichten van de tuin tegen in te gaan. Een groot deel van de tuin is gewoon bos. Er lopen zelfs wildpaden doorheen! In de plantvakken tussen de gîtes en aan het zwembad kozen we voor een robuuste beplanting die tegen een stootje kan. Een groot deel van die planten zaait zich weer uit, en kiest dus zelfs zijn beste standplaats. Daar kan geen tuinarchitect tegenop. Uiteraard moeten we nog wel eens wieden om het onkruid in te perken, maar het is niet zo dat we bij het eerste grassprietje al in aktie schieten.

Jules de hond op Le Manoir in Souillac
gastentafel bij Jan en Marion

Jan: Het is een geslaagde tuin, en het krioelt er van de vlinders. Nooit gedacht dat ik daar nog zo oog voor zou krijgen.

Tot slot, brengen jullie ook graag tijd door in de keuken? Wanneer kunnen jullie gasten mee aan tafel schuiven?

Jan: We koken graag, maar doen het niet alle dagen. We vinden het prettig om gasten samen te brengen, dus we koken het liefst voor meer dan één gezin of koppel. We koken zo’n beetje ‘op verzoek’, maar dan alleen op dagen dat we onze handen niet vol hebben met poetsen, wassen en strijken. Want ja, wij doen alles hier met z’n tweetjes, dus dat geeft in het seizoen wel gevulde dagen.

Marion: Wat ik wel alle dagen doe, is voor een ontbijtverrassing zorgen. Dat kunnen pannenkoeken zijn, of een cake, of verse yoghurt.

Jan: Het ontbijt, ja, daar schenken we veel aandacht aan.  Ik hou zelf ontzettend van een goed stokbrood en een verse croissant, dus dat wil ik onze gasten hier zeker niet onthouden. De bakker brengt elke dag van de week het brood aan huis, dat is een ongekende luxe. Ook wie in een gîte verblijft kan van die service gebruik maken, en reken maar dat velen daar blij mee zijn.

Kan ik van meespreken! Wij hadden het hier ontzettend naar onze zin, hartelijk dank voor jullie gastvrijheid. Wij komen ongetwijfeld nog eens terug.